
Je kind écht zien: Opvoeden met vertrouwen
“Ik ken jou best goed, hè?” zeg ik tegen mijn dochter Sinne, terwijl ik haar haren kam in de badkamer.
Sinne fronst haar wenkbrauwen en kijkt me vol ongeloof aan, alsof ik net heb beweerd dat de aarde plat is.
“Mama, echt niet. Senna en Yoana kennen mij duizend keer beter hoor!”
Boem. Daar ligt mijn moederlijke zelfverzekerdheid, aan diggelen op de badkamervloer. Mijn ego verdwijnt in het doucheputje.
“Echt?” zeg ik met een pruillip. Ik was werkelijk in de illusie dat ik haar door en door kende.
“Maar dat betekent dus.... dat je geheimen voor me hebt!”
Sinne haalt nonchalant haar schouders op.
“Ja, duhhh!”
“Oh.”
Mijn brein kraakt. Ik laat haar onverschrokken eerlijkheid op me inwerken. Terwijl ik haar haar vlecht besef ik dat dit geen afwijzing is, maar een teken dat ze haar eigen weg vindt en bewandelt.
“Oké. Dat is gezond,” concludeer ik na een kort reflectiemomentje.
“Het zou eigenlijk niet gezond zijn als ik álles weet, hè?” Ik glimlach.
Zo ging dat vroeger bij mij als kind niet. Mijn ouders dachten ook dat ze mij kenden. Maar als ik hen vertelde wie ik écht was, zeiden ze gewoon: "Nee, zo ben jij niet."
Dit is wat ik als 13-jarige aan mijn dagboek, mijn beste vriend, toevertrouwde:
Lief Dagboek,
Ik ben in alles het tegenovergestelde van wat mijn ouders denken. Ze weten geen ene snars af van mijn karakter. Zo zou je dat wel kunnen zeggen.
Als ik de waarheid over mezelf vertel, dus het tegenovergestelde van hun waarheid, zeggen ze gewoon: “Nee, zo ben jij niet!”
Als ik zeg dat het wel zo is, dan willen ze de waarheid niet toegeven. Ze blijven maar volhouden dat ze gelijk hebben.
“We kennen jou toch!” zeggen ze dan.
Ik weet wel beter, maar het is vreselijk als je niet wordt genomen zoals je echt bent en anders behandeld wordt.
Dit is de Daphne die zij denken dat ik ben:
1) Daphne is verlegen
2) Daphne is jongensschuw
3) Daphne gaat niet graag uit
4) Daphne maakt graag huiswerk
5) Daphne houdt niet van fuifjes
6) Daphne geeft niet om jongens.
En dit is de echte Daphne:
1) Nou, ik ben dus niet altijd verlegen, maar dat denken ze gewoon. Ze zeggen bijvoorbeeld:
“Daphne is te bang om haar hand op te steken.”
“Daphne durft niet mee te doen of te praten.”
Maar als ze over mijn zusje praten, dan zeggen ze:
"Zij doet en vraagt alles voor Daphne.”
Maar weet je wat het idiote is? Als zij eens iets niet durft te vragen, of niets gezegd heeft, dan is ze niet verlegen. En vraag ik het voor haar, dan ben ik nog stééds verlegen. Pfffffffffff.
2) Jongensschuw? Nou nou, dat ben ik zeker weten niet. Ik klets, praat en dans gewoon met ze. Een leven met alleen maar meisjes is heel saai. Trouwens, ik denk dat ze dat denken, omdat ik nooit over jongens praat. Waarom? Lees punt 6.
3) Ook van nummer 3 klopt geen zak! Ik denk echt dat ik zo’n uitgaanstype word. Ik zou me dood vervelen als ik nooit zou uitgaan. Lekker naar de disco en naar feestjes. Uitgaan wordt mijn grootste hobby.
4) Pffff ja hoor, Daphne maakt graag huiswerk. Hoe verzinnen ze het? Als er iets is wat ik HAAT, is het wel huiswerk. Wil je gezellig ergens heen? Eerst huiswerk maken! BAH. Ik maak het vaak met tegenzin.
5) WAT?? Ik moet minstens één keer per maand een feestje hebben! En als er geen feestje is, dan bouw ik er zelf wel eentje. Ik hou van de gezelligheid. Vooral discofuifjes zijn gaaf, echt te gek!
6) Nu wordt het echt bont. Ik word net als andere meisjes gewoon verliefd op een leuke jongen. En bovendien ben ik nu ook tot over mijn oren verliefd op een jongen. Zo, weet je dat ook weer hè, lief dagboek!
Ik mag geen vriendje, want ik moet eerst studeren, zegt mama. Daarom praat ik thuis nooit over jongens die ik erg aardig vind. Wat heeft dat voor zin? Ik mag geen vriendjes dus... dan ga ik ze er thuis niet mee lastig vallen.
Ik val trouwens nogal vaak in de smaak bij jongens, dat is soms wel leuk, maar soms ook niet hè.
Nu nog iets. Papa zegt altijd dat ik net als mijn tante ben.
Ja daaaaaaag! Dan word ik héél erg kwaad. Ik ben haar NIET en dat zou ik maar goed onthouden!!!!! Ze heeft geen vriend, ze woont nog steeds bij haar ouders én ze is een ijdeltuit. En raad eens hoe jong ze is? 32 jaar. Nou, dan ben ik allang getrouwd of woon ik samen (hoop ik).
Zo. Dit wilde ik even kwijt.
Xxx-jes je liefhebbende Daphne
En…ik had gelijk. Ik kende mezelf écht beter dan mijn ouders mij kenden.
Het probleem was: mijn ouders hielden vast aan hun beeld van mij en weigerden iets anders te zien. Zij bepaalden hoe ik hoorde te zijn, wat ik moest voelen en denken.
Dit dagboekfragment is slechts een klein stukje van een veel groter verhaal. Een verhaal waarin mijn werkelijkheid keer op keer werd ontkend, mijn grenzen werden genegeerd, en waarin ik leerde dat mijn waarheid, mijn gevoelens en mijn behoeften er niet toe deden.
Alsof mijn eigen beleving niet bestond.
Jarenlang had dit zijn weerslag.
Ik twijfelde aan mezelf.
Ik paste me aan.
Ik verstopte delen van wie ik was.
Ik leerde mezelf te bewijzen.
Ik wist niet meer wie ik werkelijk was.
Tot er een punt kwam waarop ik het niet meer kon, het aanpassen, het verbergen, het pleasen. Meestal na een ineenstorting. En ik los brak. Eerst voorzichtig, dan steeds radicaler.
Nu is er nog maar één optie: radicaal mezelf zijn. Omdat ik nóóit meer mijn waarheid zal ontkennen. Omdat ik mezelf accepteer zoals ik ben, ook al ben ik anders.
Dus ja. Ik laat mijn dochter zijn wie ze is. Ik bied haar alle ruimte, begeleiding én een veilige basis om zichzelf te leren kennen. Om geheimen te hebben, haar eigen weg te vinden en zich los te maken van mij.
Zodat ze leert om te vertrouwen op zichzelf. En zich zelfverzekerd voelt om zichzelf te zijn, vanuit haar eigen wijsheid. Niet pas in de verre toekomst, maar hier en nu, elke dag opnieuw.
Radicaal jezelf zijn betekent niet dat het altijd makkelijk is. Soms is het juist het moeilijkste wat je kunt doen. Maar het betekent wel dat je leeft in waarheid. Dat je jezelf niet langer hoeft te verstoppen. Dat je ademruimte voelt, lichtheid, vrijheid, echtheid. Dat is onbetaalbaar.
Laatst zaten Sinne en ik samen in de auto. Ik vertelde haar dat ik een weekendje weg wilde als ze bij haar vader was.
"Wat?! Zonder mij?!" vroeg ze met een pruillipje.
"Ja," zei ik lachend, "mama heeft óók een eigen leven."
Comments